Verwijder de steeltjes met een scherp mes, maar zorg ervoor dat ze niet breken; was ze vervolgens meerdere keren grondig met veel water, laat ze uitlekken in een vergiet en stoom de morieljes met een handvol fijngehakte peterselie in boter. Als ze gestoofd zijn, strooi je er bloem overheen; als deze is ingedikt, giet je er een halve liter vleesbouillon bij, voeg je gemalen foelie, gember en nog een beetje zout toe; laat het nog een half uur koken en serveer het.
PS: Op vastendagen neemt men in plaats van de vleesbouillon water en laat men nog een stukje boter meekoken.
Opmerking: In veel oude boeken wordt de stokmorielje met de Latijnse naam Gyromítra esculénta Pers. genoemd. De paddenstoel met deze naam is echter giftig. Door drogen en verhitten wordt het gif weliswaar gedeeltelijk afgebroken, maar er treden nog steeds vergiftigingen op, ook al zijn deze niet meer dodelijk. Daarom moet men deze paddenstoel met rust laten. Als je dit recept wilt uitproberen, raad ik je aan om eetbare morieljes te gebruiken.
__________________________________________________________________________________________________________